Burgemeester Philippe Close heeft op vraag van Brussels gemeente- en politieraadslid Bianca Debaets (CD&V) statistieken vrijgegeven rond het aantal personen die door de agenten van de politiezone Brussel Hoofdstad-Elsene aangehouden werden voor het verkopen of bezitten van drugs. Onder de 399 dealers die sinds het begin van dit jaar werden aangehouden werden ook 22 minderjarigen genoteerd. Dat is een lichte daling ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar (453 aanhoudingen, waarvan 43 minderjarigen).
De politiediensten houden niet alleen drugsdealers aan, ze treden ook op wanneer personen in het bezit zijn van illegale verdovende middelen. In de eerste negen maanden van dit jaar werden daaromtrent 2.402 PV’s opgesteld. Dat betekent een stijging van 30% ten opzichte van vorig jaar, toen het om 1.836 soortgelijke PV’s ging tussen januari en september.
“Volgens de politie is die stijging vooral te wijten aan het feit dat er meer patrouilles plaatsvinden op het terrein, die eigenlijk tot doel hebben om na te gaan of de coronamaatregelen nageleefd worden”, legt Brussels parlementslid Bianca Debaets (CD&V) uit. “Dat neemt niet weg dat het hier om een problematiek gaat die we niet mogen negeren. In mijn ogen moet dit dossier ook uit de taboesfeer gehaald worden. Zowel richting de gebruikers als richting de dealers, die in mijn ogen strenger vervolgd moeten worden door justitie. Ook wanneer het om kleine hoeveelheden gaat, want die personen maken ook deel uit van illegale netwerken die ontmanteld moeten worden.”
Twee gecontesteerde drugscentra
Debaets pleit ook voor een betere begeleiding voor druggebruikers, die vaak zelf het slachtoffer zijn of nood hebben aan hulp.
“Therapeutische behandelingen buiten beschouwing gelaten vormen drugs alleen maar een gevaar voor de gezondheid”, vervolgt Debaets. “Het is onze taak om ervoor te zorgen dat het gebruik ervan niet gefaciliteerd wordt. Momenteel liggen er plannen op tafel voor twee grote drugscentra: één in Stad Brussel, waarvan de opening alsmaar opgeschoven wordt, en één op niveau van het Brussels Gewest, waarvan de financiering op zijn minst troebel genoemd mag worden en nog heel wat voeten in de aarde zal hebben. Uiteindelijk is het wel aberrant dat beide projecten naast elkaar ontwikkeld worden, in plaats van samen gebracht te worden. Tot mijn grote teleurstelling heerst er ook nog heel wat onduidelijkheid rond de exacte aard van deze drugscentra. In mijn ogen kan men dit soort publieke projecten alleen maar ondersteunen als het hoofddoel eruit bestaat om bezoekers volledig te laten afkicken en hen de nodige psychische, medische en sociale begeleiding te voorzien. Vandaag ziet het er echter naar uit dat het een spuitruimte wordt, zonder meer.”
Comments